aanvoelen

aanvoelen
{{aanvoelen}}{{/term}}
I 〈overgankelijk werkwoord〉
[tot zijn gevoel laten spreken] feelsense
[even aanraken] feel
voorbeelden:
1   iemand aanvoelen understand someone; 〈sterker〉 empathize with someone
     een stemming aanvoelen sense an atmosphere
     elkaar goed aanvoelen speak the same language
II 〈onovergankelijk werkwoord〉
[het genoemde gevoel veroorzaken] feel
voorbeelden:
1   het voelt koud aan it feels cold

Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels. 2015.

Игры ⚽ Нужна курсовая?

Share the article and excerpts

Direct link
Do a right-click on the link above
and select “Copy Link”